Een
gevat konijn
een nieuw poëzietijdschrift gesignaleerd
Verschenen
in Meander op 11 mei 2003
Op 8 april lag “Het liegend konijn’ in de schappen.
Het nieuwe tijdschrift voor poëzie, onder redactie van de Vlaamse
dichter Jozef Deleu, met nieuwe poëzie van Nederlandstalige
dichters. Een aanrader voor elke poëzieliefhebber.
De vormgeving
van het tijdschrift is prachtig. De concurrentieslag met de Vlaamse
‘Poëziekrant’ en de Nederlandse poëziekrant
van Komrij, ‘Awater’ kan dit Vlaamse konijn aangaan
en glansrijk winnen. Het konijn flapt vriendelijk met de oortjes
op de fraaie, in donkerrood en zwart uitgevoerde kaft met zilveren
letters. Daarbij een goede bladspiegel met brede kantlijnen, een
mooie typografie met duidelijke, leesbare letters en een overzichtelijke
inhoudsopgave. Kortom, het uiterlijk mag er zijn.
Een genot om
in de hand te hebben dit tijdschrift, waar nu eens geen bombastische
bespiegelingen instaan van de dichters, maar alleen dat waar het
allemaal om draait: gedichten. Geen interviews met wetenswaardigheden
over achtergrond, verleden, ommekeer en tijdgeest. Alleen de geboortedatum
en de titel van de laatste bundel van de opgenomen dichter zijn
vermeld en als er een verzamelbundel bestaat, is de titel daarvan
genoemd. Maar vooral: kwaliteitsgedichten. Hedendaagse Nederlandstalige
poëzie, die uit ‘het nest geroofd’ is van de dichters,
belooft de redactie aan de lezer. En dat klopt. Het zijn klinkende
namen waar Deleu voor koos in deze eerste uitgave: Enquist, Gruwez,
Hertmans, Kopland, Korteweg, Michel, Nolens, de Vos en Wigman. In
elk nummer is bovendien ruimte voor één debutantdichter
in dit geval voor David van Reybrouck. Van zijn hand de beginregels
uit het gedicht “Schorseneer”:
Bijna vergeten
hoe zwart het ooit was
hoe harig de huid gelooid door de nacht.
Vergeten het loof, de vacht en de stronk,
terwijl alles toch schreeuwde om schors.
Het gedicht
eindigt als volgt:
Het huis bereikt
het middaguur,
het klokje tikt, de melk staat klaar.
In het teiltje rust het wrakhout,
los maar steeds nog bij elkaar.
Van iedere
schrijver staan nieuwe gedichten in dit tijdschrift, dat zich eigenlijk
meer laat lezen als een verzamelbundel. In totaal zo’n zeventig
gedichten van tien schrijvers. De uiteenlopende dichtstijlen van
het ook in leeftijd gevarieerde gezelschap passen wonderwel bij
elkaar. Topschrijvers bijeen en dan ook nog met recent werk, wat
kan een lezer meer verlangen. Bij de dichteres en recensent van
NRC-handelsblad Marjoleine de Vos treffen we weer een gedicht over
mevrouw Despina aan. Zij speelde al een rol in de laatste bundel
van De Vos ‘zeehond graag’. Van Luuk Gruwez is het schitterende
gedicht ‘Volière’ geplaatst over zijn gestorven
vader en het dichten van het gemis. Leonard Nolens maakt indruk
met zijn gedicht ‘Je bent wat ik hier kost’.
Voor een tijdschrift
dat dergelijke gedichten opneemt legt iedereen graag 18 euro 50
neer; een gewone dichtbundel kost al gauw meer.
Een fantastisch
project van Jozef Deleu, die zelf dichter is en voormalig hoofdredacteur
van het tijdschrift Ons Erfdeel. Iemand met kennis van de dichtwereld
dus, en iemand die weet waar behoefte aan bestaat. In zijn voorwoord
vertelt Deleu dat een tijdschrift opzetten een jeugddroom was die
werkelijkheid wordt, dat hij dichters zonder problemen bereid vond
om werk bij hem te plaatsen. In zijn toon klinkt onverholen enthousiasme
door.
Waarom de naam
het liegend konijn? Die naam is ontleend aan een verhaal van Paul
van Ostaijen uit 1926, dat te lezen is op de achterflap. Ter illustratie
volgt hieronder een stukje uit die tekst van Ostaijen: “Lang
heeft het konijn de lach gezocht. Zo zielsgraag had het konijn gekend
de luide lach. Waarom het de lach zo graag had gekend, weet ik niet.
Zoiets kan men niet weten. Het konijn heeft de lach niet gevonden.
Maar het was de lach zeer nabij. Dat het geheim van de lach zo nabij
was, weet het konijn niet. Vlak vóór de lach hield
de kennis van het konijn halt. Daar vond het in plaats van de lach
die het zocht, de verwondering die het niet zocht. Dit nu is iets
wat buiten het begrijpen van het konijn valt: hoe je in plaats van
het gezochte iets anders vindt.”
Een opmerkelijke tekst, speciaal opgenomen vanwege de verwondering
die de oprichter Deleu graag met ons, lezers, wil delen. Deleu is
er zich van bewust dat elke keuze die hij maakt omstreden is, maar
het is zijn tijdschrift en hij heeft niet meer pretenties dan zijn
behoefte aan het maken van een tijdschrift bevredigen. Daarnaast
wekt hij graag nieuwsgierigheid en verwondering bij de lezers. Een
loffelijk streven, dat past bij een dichter.
Samenvattend
kan ik stellen dat dit eerste exemplaar van het liegend konijn zeker
een aanschaf waard is. Het is een prachtig uitgegeven bundel met
schitterende gedichten van goede poëten voor een prijs die
alleszins redelijk is. Op naar de betere boekhandel dus, want een
oplage van 2000 exemplaren is snel uitverkocht. U kent immers het
bekende gezegde: beter één konijn in de hand dan tien
op de vlucht.
Het liegend konijn, uitg. Van Halewyck, Leuven & Meulenhoff,
Amsterdam, prijs 18,50 euro
verschijnt tweemaal per jaar, in april en oktober. Zowel in de losse
verkoop als in abonnement verkrijgbaar.
|